1 Samuel 21:9

AB(21:9 = 21:10)
SVToen zeide de priester: Het zwaard van Goliath, den Filistijn, denwelken gij sloegt in het eikendal, zie, dat is [hier], gewonden in een kleed, achter den efod; indien gij u dat nemen wilt, zo neem het, want hier is geen ander dan dit. David nu zeide: Er is zijns gelijke niet; geef het mij.
WLC‏וַיֹּ֣אמֶר הַכֹּהֵ֗ן חֶרֶב֩ גָּלְיָ֨ת הַפְּלִשְׁתִּ֜י אֲשֶׁר־הִכִּ֣יתָ׀ בְּעֵ֣מֶק הָאֵלָ֗ה הִנֵּה־הִ֞יא לוּטָ֣ה בַשִּׂמְלָה֮ אַחֲרֵ֣י הָאֵפוֹד֒ אִם־אֹתָ֤הּ תִּֽקַּח־לְךָ֙ קָ֔ח כִּ֣י אֵ֥ין אַחֶ֛רֶת זוּלָתָ֖הּ בָּזֶ֑ה וַיֹּ֧אמֶר דָּוִ֛ד אֵ֥ין כָּמ֖וֹהָ תְּנֶ֥נָּה לִּֽי׃
Trans.wayyō’mer hakōhēn ḥereḇ gāləyāṯ hapəlišətî ’ăšer-hikîṯā| bə‘ēmeq hā’ēlâ hinnēh-hî’ lûṭâ ḇaśśiməlâ ’aḥărê hā’ēfwōḏ ’im-’ōṯāh tiqqaḥ-ləḵā qāḥ kî ’ên ’aḥereṯ zûlāṯāh bāzeh wayyō’mer dāwiḏ ’ên kāmwōhā tənennâ llî:

Algemeen

Zie ook: David (koning), Efod, Elah (vallei), Filistijnen, Goliath, Zwaard
1 Samuel 17:54, 1 Kronieken 10:10

Aantekeningen

Toen zeide de priester: Het zwaard van Goliath, den Filistijn, denwelken gij sloegt in het eikendal, zie, dat is [hier], gewonden in een kleed, achter den efod; indien gij u dat nemen wilt, zo neem het, want hier is geen ander dan dit. David nu zeide: Er is zijns gelijke niet; geef het mij.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּ֣אמֶר

Toen zeide

הַ

-

כֹּהֵ֗ן

de priester

חֶרֶב֩

Het zwaard

גָּלְיָ֨ת

van Goliath

הַ

-

פְּלִשְׁתִּ֜י

den Filistijn

אֲשֶׁר־

denwelken

הִכִּ֣יתָ׀

gij sloegt

בְּ

-

עֵ֣מֶק

in het eikendal

הָאֵלָ֗ה

-

הִנֵּה־

zie

הִ֞יא

dat

לוּטָ֣ה

is gewonden

בַ

-

שִּׂמְלָה֮

in een kleed

אַחֲרֵ֣י

achter

הָ

-

אֵפוֹד֒

den efod

אִם־

indien

אֹתָ֤הּ

gij dat

תִּֽקַּח־

nemen wilt

לְ

-

ךָ֙

-

קָ֔ח

-

כִּ֣י

het, want

אֵ֥ין

is geen

אַחֶ֛רֶת

ander

זוּלָתָ֖הּ

dan

בָּ

-

זֶ֑ה

hier

וַ

-

יֹּ֧אמֶר

nu zeide

דָּוִ֛ד

David

אֵ֥ין

Er is

כָּמ֖וֹהָ

zijns gelijke

תְּנֶ֥נָּה

niet; geef

לִּֽי

-


Toen zeide de priester: Het zwaard van Goliath, den Filistijn, denwelken gij sloegt in het eikendal, zie, dat is [hier], gewonden in een kleed, achter den efod; indien gij u dat nemen wilt, zo neem het, want hier is geen ander dan dit. David nu zeide: Er is zijns gelijke niet; geef het mij.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!